Adviseur Cees van der Poel heeft onderzoek uitgevoerd naar de oorspronkelijke dispositie van het orgel en de wijzigingen die het tot de laatste restauratie in 1956 heeft ondergaan. In een handzaam overzicht kunt u zien hoe de dispositie zich heeft ontwikkeld vanaf het bestek uit 1718 tot de door Flentrop uitgevoerde resauratie in 1956. Klik op de knop ‘downloaden’ om het overzicht in te zien en te downloaden.
Koppelingen:
Hoofdwerk – Rugwerk
Hoofdwerk – Onderwerk
Hoofdwerk – Bovenwerk
Onderwerk – Borstwerk (schuifkoppel)
Pedaal – Hoofdwerk
Verder:
Tremulant op Hoofdwerk, Onderwerk en Borstwerk
Tremulant op Rugwerk
Klavieromvang C t/m c”’ en pedaalomvang C t/m d’
Stemming – evenredig zwevend
Toonhoogte – a’ = 494 Hz (hele toon boven huidige normaaltoon)